Karin Brouwers - Leuven

Nieuwsbericht

Tijd om de menopauze serieus te nemen

Vandaag keurde de Senaat unaniem mijn voorstel van resolutie voor de uitstippeling van een menopauzebeleid in ons land goed.

Hierbij mijn tussenkomst in de plenaire zitting: 


Voorzitter, collega’s,

Geen meer symbolische dag dan internationale vrouwendag om voor het eerst in ons land menopauze officieel via een senaatsresolutie uit de politieke taboesfeer te halen.

In 2022 keek ik naar twee ophefmakende documentaires van Channel 4 waarin Davina McCall de problemen wegens een gebrek aan menopauzebeleid bloot legde na een schandaal over Britse vrouwen in vervroegde menopauze die jarenlang ten onrechte op antidepressiva werden gezet en verloren waren voor de arbeidsmarkt. Op een ogenblik dat vrouwen vaak pieken in hun carrière en actief willen blijven op de al krappe arbeidsmarkt is het zonde dat ze hun talenten niet meer kunnen inzetten en hun brood niet kunnen verdienen. De cijfers van de enquête van de televisiezender deden me duizelen: naast de gekende opvliegers, had 8/10 vrouwen last van slapeloosheid, 7/10 van angsten en depressieve gevoelens, 7/10 van gewrichtspijnen, 7/10 van brain fog enz. 50 procent had problemen met het werk, maar 80 procent kon dit op het werk nergens kwijt, 14 procent gaat minder werken en 1/10 krijgt of neemt ontslag. Samen met gewezen collega Maud Van Walleghem ging ik op zoek naar cijfers voor België, maar we vonden zo weinig dat we vorig jaar besloten een voorstel van resolutie in te dienen. Dat gaf de kans om hoorzittingen te organiseren in het Adviescomité voor Gelijke Kansen. En inderdaad, verschillende experten bevestigden gelijkaardige cijfers voor ons land. Ik ga niet herhalen wat de verslaggevers reeds naar voren brachten, maar dat we veel bij leerden is een understatement.   

Eén ding is duidelijk: het taboe rond menopauze is bijzonder groot. In een samenleving met een obsessie voor jeugd en schoonheid, is de overgang naar een onvruchtbare levensfase met talrijke bijhorende klachten nog steeds weinig bespreekbaar. Je praat daar niet over en het wordt geminimaliseerd als een onbeduidend vrouwenprobleempje. De overgang: dat gaat over. Alleen worden vroeg of laat de meerderheid van onze Belgische huishoudens ermee geconfronteerd, maar zijn vele vrouwen ondanks allerlei klachten zich vaak niet bewust van de jarenlange pre- en perimenopauze vooraleer de menopauze definitief intreedt. De menopauze en de periode die eraan voorafgaat is dan ook geen ziekte, wel één van de vele fases die een vrouwenlichaam doormaakt. Dat het geen ziekte is, wil niet zeggen dat vrouwen er geen last van kunnen ondervinden en dat ze zonder de juiste behandeling maar moeten lijden in stilte.

Uit onderzoek is gebleken dat 77 procent van de Belgische vrouwen aangeeft dat hun levenskwaliteit achteruit is gegaan sinds de menopauze. Het is dus echt wel een maatschappelijk probleem dat ook op de politieke agenda moet komen. Vandaar ook dat we het voorstel in deze Senaat indienden met een aantal collega’s. De Senaat is de ideale plek voor dit onderbelichte transversale thema dat raakt aan preventie, welzijn, werk, opleiding, onderwijs, volksgezondheid, gelijke kansen enz.

Om verkeerde diagnoses te vermijden is meer wetenschappelijk onderzoek nodig onder meer naar de vervroegde menopauze, maar ook meer algemeen is er meer onderzoek nodig naar manieren om de symptomen te behandelen en de effecten hiervan op de gezondheid van vrouwen. Ook registratie van vrouwen in de perimenopauze is wenselijk.

Naast meer onderzoek en data is sensibilisering erg belangrijk:
- In de eerste plaats van de zorgverleners via bijvoorbeeld permanente vorming van  huisartsen,
- in de tweede plaats van de sociale partners die een menopauzebeleid kunnen ontwikkelen in samenspraak met bedrijfsartsen wat bijvoorbeeld al kan leiden tot redelijke aanpassingen om de effecten op de werkvloer te milderen en
- tenslotte van het brede publiek via bijvoorbeeld een gezondheidscampagne met correcte informatie over de symptomen, de impact en de mogelijke behandelingen.

De hoorzittingen waren erg leerrijk:

Zo vernamen we dat een groot deel van de medische wereld zich lange tijd baseerde op een oude, maar achterhaalde studie die een verband legde tussen hormoonsubstitutietherapie en borstkanker. Hier ligt volgens mij een deel van de verklaring van het gebrek aan juiste behandeling van vrouwen in de perimenopauze gedurende de laatste twee decennia. De wetenschap staat gelukkig niet stil, maar nieuwe inzichten moeten ook doordringen tot de eerste lijn en tot het grote publiek.

We leerden ook dat er zoveel symptomen zijn dat een holistische benadering met maatwerk voor de vrouw de voorkeur verdient. Er is in dat opzicht meer nood aan  menopauzeklinieken met gynaecologen, menopauzeconsulenten, kinesisten, psychologen, specialisten in osteoporose, voedingsdeskundigen enz.

Wat ook opviel tijdens de hoorzittingen was het feit dat er maar één opleiding is in ons land voor menopauzeconsulenten, dat hun titel niet erkend is, en dat er bijvoorbeeld in Nederland wel een beperkte terugbetaling is van dergelijk consult bestaat. Vandaag duiken her en der (commerciële) initiatieven op die hopelijk met de beste bedoelingen inzetten op het grotere bewustzijn rond menopauze. We zouden het beroep van menopauzeconsulent kunnen erkennen door het bijvoorbeeld een plaats te geven in de Wet op de Uitoefening van Gezondheidsberoepen. Zo bouwen we een kwaliteitscontrole in en kunnen we proberen te vermijden dat vrouwen verkeerde informatie krijgen.

Over de terugbetaling van één en ander, wat natuurlijk in de eerste plaats een politieke beslissing is, spraken de experten zich minder uit. Waar we in het voorstel nog opperden om na te gaan in welke mate er een terugbetaling voorzien kan worden voor de behandeling in het algemeen van premature menopauze en voor de medicatie van vrouwen tijdens de (peri)menopauze, werd dit verruimd naar al dan niet medicamenteuze behandeling bij alle vormen van menopauze. Zonder het expliciet te vermelden kan hieronder bijvoorbeeld een consult bij een menopauzeconsulent vallen. Maar vooraleer te beslissen over welke vorm van terugbetaling ook, vragen we in de resolutie wetenschappelijk onderzoek en ook een studie over alle kosten die menopauze meebrengt. Zeker voor de 1 op 100 vrouwen die voor hun 40ste  (1 op 1000 zelfs voor hun 30ste) in een premature menopauze terecht komen kunnen we de kosten aanzienlijk verminderen. Op die manier willen we meer algemeen ook een halt toeroepen aan kwakzalvers die zich rijk rekenen op kap van vrouwen die vandaag te weinig gehoor krijgen binnen de reguliere gezondheidszorg.

Hoe dan ook , leidden de hoorzittingen en nadien de amendementen tot een versterking van de door ons ingediende tekst. Onze aanbevelingen kunnen een leidraad zijn voor de volgende regeringen om werk te maken van een structureel menopauzebeleid. Het zou in die zin bijvoorbeeld al fijn zijn dat mijn dochters niet alleen een anticonceptie folder van de huisarts krijgen, maar ten gepasten tijde ook eentje over de overgang, iets wat ik zelf gemist heb de laatste tien jaar.  

Gelukkig merk ik sinds de Britse documentaires en de indiening van onze resolutie een toegenomen belangstelling voor menopauze. Ook in andere parlementen werden teksten ingediend, de media hebben er meer aandacht voor en allerlei initiatieven zien het daglicht. Zelfs de grote baas van de Christelijke Mutualiteit, Luc Van Gorp, liet zich vorige zomer ontvallen dat “mochten mannen door de menopauze moeten, de pensioenleeftijd op 50 jaar zou liggen.” Dit zijn allemaal kleine stapjes, maar ik durf vandaag wel zeggen dat de kentering is ingezet om het taboe stilaan maar zeker te doorbreken. Hierdoor wordt er eindelijk meer kennis gedeeld, wat ongetwijfeld leidt tot meer vragen en hopelijk bijkomend onderzoek en verdere duurzame sensibilisering. Het hangt allemaal samen.

We moeten dus nog veel meer spreken over de menopauze en het thema ook na deze zitting blijvend onder de aandacht houden. Onderzoek toont immers aan dat de manier waarop de maatschappij kijkt naar de menopauze een invloed heeft op de impact die vrouwen ondervinden van de menopauze. Hoe beter de (peri)menopauze sociaal gewaardeerd wordt, hoe minder psychologische en fysieke symptomen vrouwen vermelden. In dat opzicht vind ik de idee van een mediacampagne op het niveau van de deelstaten zeer aanbevelenswaardig. Wanneer BV’s, Bekende Vlamingen, zich hier achter scharen, bereik je meteen een massa mensen. Op lokaal niveau mogen er zeker ook meer  menopauzecafés komen, waar vrouwen hun ervaringen kunnen uitwisselen, maar  vrouwen moeten bijvoorbeeld ook transparant kunnen zijn over hun perimenopauze op de werkvloer of bij het solliciteren zonder risico op discriminatie. Het is dus eveneens van wezenlijk belang dat de informatie en sensibilisering zich ook richt naar mannen. Zolang het merendeel van de werkgevers, managements- en directiefuncties en leden van raden van bestuur mannen zijn, dreigen vrouwen in de perimenopauze onvoldoende au sérieux te worden genomen, te stoten op onbegrip of zelfs het slachtoffer te worden van discriminatie. Gelukkig is er vandaag meer bewustwording. Toch wordt er geregeld nog steeds lacherig gedaan over de menopauze en de klachten die ermee gepaard kunnen gaan, kijk maar naar de debatten hierover in het Vlaams parlement. Het is nochtans geen lachertje voor wie ermee te maken krijgt.

We mogen niet langer accepteren dat de menopauze wordt afgedaan als een ‘onbeduidend vrouwenprobleempje’. Er kunnen serieuze mentale en fysieke klachten mee gepaard gaan die vrouwen hinderen in hun dagelijks leven en op de arbeidsmarkt. Vandaag, op Internationale Vrouwendag, zetten we een aantal belangrijke stappen vooruit.

Met deze resolutie geven we de volgende regeringen de pap in de mond om werk te maken van een onderbelicht en onderschat gezondheidsprobleem van honderdduizenden vrouwen. We vragen geen symboolministers van menopauze, wel een degelijk menopauzebeleid met naast de medische opvolging ook aandacht voor meer wetenschappelijk onderzoek en sensibilisering.

Ik wil tot slot mijn  mede-indieners en de rapporteurs uitdrukkelijk danken voor de goede samenwerking en ernstige behandeling van dit thema dat eindelijk op de politieke agenda staat en ik roep alle collega’s op het voorstel van resolutie mee goed te keuren. De cd&v-fractie zal dit alvast met veel overtuiging doen.

 

 

© Karin Brouwers - Vlaams Parlement, Leuvenseweg 86, 1011 Brussel - karin.brouwers@vlaamsparlement.be - T +32 2 552 43 37